Dit doen ze gelukkig niet vaak, maar er zijn situaties dat beide buizen van de tunnel dicht moeten. Denk bijvoorbeeld aan brand. Als er een voertuig in de Oostbuis richting Borssele in brand staat, moeten mensen in die buis kunnen vluchten naar de andere, veilige buis. Om die reden gaat de Westbuis richting Terneuzen dan ook dicht. Hulpdiensten hebben dan de mogelijkheid om via de veilige buis tot dezelfde hoogte te rijden en via de dwarsverbinding hulp te verlenen.
Maar beide buizen gaan ook dicht als er sprake is van bijvoorbeeld: een lekkende vloeistof, gevaarlijke stoffen of een spookrijder. Zodra de operator meer inzicht heeft in de situatie, wordt besloten of beide buizen dicht blijven of dat de andere buis (waar niets aan de hand is) weer open kan.
Wat gebeurt er als de calamiteitenknop wordt ingedrukt?
Een kleine opsomming:
- De slagbomen voor de tunnel gaan automatisch dicht zodat verkeer de tunnel niet in kan
- De operator roept om en vraagt personen zich te melden bij de hulppost voor contact
- Ventilatie en verlichting in de tunnel wordt aangepast
- Dwarsverbindingen worden ontgrendeld en de verlichting gaat aan
- Vluchtroute wordt aangegeven op de lichtkrant